Er is (n)iets gaande. - Reisverslag uit Santa Cruz de la Sierra, Bolivia van Stephan Schreurs - WaarBenJij.nu Er is (n)iets gaande. - Reisverslag uit Santa Cruz de la Sierra, Bolivia van Stephan Schreurs - WaarBenJij.nu

Er is (n)iets gaande.

Door: Stephan Schreurs

Blijf op de hoogte en volg Stephan

07 Mei 2014 | Bolivia, Santa Cruz de la Sierra

Met mijn bezoek aan Paraguay werd het reizen anders. Zonder toeristische infrastructuur is het werkelijk een uitdaging om ergens te geraken. Het avontuur in Asuncion viel hoe dan ook direct in het water. Bij aankomst werd ik verwelkomd door een tropische onweersbui, welke bleef nadruppen tot in de volgende ochtend. Toen ik mij rond het (eindelijk droge) middaguur in de stad begaf, waren de straten verlaten. Goede vrijdag... Hoe dat in Paraguay gevierd wordt weet ik niet, maar in ons hostel met knallende muziek van Eric Clapton en Stevie Wonder. Later op de avond gevolgd door wat biertjes en groepszang, onder begeleiding van gitaar, door hostelgenoten. Dat de weergoden deze sfeervolle avond niet zo konden waarderen, dat wisten we toen nog niet. Toen ik namelijk de volgende ochtend naar het busstation wilde, om Paraguay verder te ontdekken in Encarnacion, regende het wederom dat het goot! Water stroomde werkelijk als een rivier door de straten van Asuncion. Eenmaal op het station een bus geboekt, direct weer geannuleerd en een goedkopere geboekt en ik was op pad.

Tijdens de rit heb ik heerlijk mijn Spaans kunnen bijschaven, omdat een alleraardigst oudere mevrouw naast mij wel zin had in een conversatie. Na een uurtje of twee gaf mijn hele houding aan dat de conversatie wat mij betreft wel over was, echter was mevrouw een andere mening toegedaan. Zes uur lang vuurde ze haar verhalen op me af, zo nu en dan vuurde ik wat spaans gehakkel terug. In ieder geval heb ik wat historische achtergrond van Paraguay meegekregen.
Toen ik na het avondeten in Encarnacion met wat anderen een bar ging zoeken, bleven we zonder succes. Dus wat biertjes gekocht in een avondwinkeltje en al daar voor de deur ons eigen cafeetje gecreerd, met plastic tafel en stoelen van de eetgelegenheid ernaast. Of het door de biertjes kwam of sowieso al het idee was, ik weet het niet, maar er moest gezwommen worden in de rivier. En dus richting strand, aan de oevers van de rivier, kleren uit en plons. Met het excuus dat iemand op de kleren moet passen ben ik droog en aangekleed gebleven. Heel lang heeft de waterpret overigens niet geduurd, al na vijf minuten verscheen de politie ten tonele. Een snerpende fluit, een ferme 'fuera' (eruit) en we dropen af richting hostel. Iets met handboeien, stokslagen, boetes en trailies was een avontuurlijker verhaal geweest, begrijp ik, maar zo ging het nu eenmaal niet.
Voor zondagavond was ik door mijn Paraguayaanse kamergenoot en zijn Deense vriendin uitgenodigd om mee te gaan naar Santísima Trinidad del Paraná, een voormalig Jezuiten missie. Dat ik mee kon rijden in de auto was wellicht niet zo avontuurlijk, maar wel zo gemakkelijk. Dat had ik met bus en benenwagen kunnen doen, maar wellicht nooit gevonden. In het avonddonker, een gids die uitlegt, dramatische muziek op de achtergrond, de ruines verlicht en een heldere sterrenhemel, fantastisch! Een romantische setting, echter niemand om het mee te delen...

Nadat ik maandag eenzaam op het strand heb vertoeft, het hostel was verworden tot kantoor (iedereen zat naar telefoon, laptop of I-pad te turen), ben ik dinsdag doorgereisd naar Ciudad del Este. Daar belandde ik in een woonwijk in aanbouw, slash grasveld. Eén van de gebouwen die er al wel stonden, bleek mijn hostel. Een heuze villa! Zwembad, balkon, binnentuin, lange houten eettafel met 20 (!) stoelen, flatscreen van veel bij veel. Leuk en aardig, ik was wel de enige gast.
Ciudad del Este ligt op de grens met Brazilië en Argentinië, vanwaar ze graag Paraguay komen bezoeken voor de goedkope spullen. Het centrum is dan ook één grote markt, waar op de stoep voor iedere winkel een permanente marktkraam is neergekwakt. Zodra je het centrum binnenloopt krijg je sokken, t-shirts, flyers, zonnebrillen en andere troep in je gezicht geduwd. Of je misschien interesse hebt, willen ze weten. Interesse om deze hel zo snel mogelijk te verlaten ja, mijn god wat een chaos. Net zo graag als ik mijn villa wilde verlaten.
Gelukkig kon ik elders terecht, waar ik op een kamer belandde met een kerel uit Engeland. Samen zijn we een waterval in de buurt gaan bezoeken. Eerst uitvinden welke bus we moesten hebben, een puzzel op zich. Bkijkbaar de goede, want twee dorpen verder somde de chauffeur ons uit te stappen op een straathoek. Vandaar een halfuurtje lopen en warempel, de waterval. In de avond wat biertjes erin en verhalen eruit en ik noem het een geslaagde dag. In tegenstelling tot mijn volgende onderneming, die naar de op één na grootste stuwdam ter wereld. Levert 80% van de elecktriciteit van Paraguay en 25% van die van Brazilië, wat niet kinderachtig is. Wederom een lokaal busje, door een dorpje en vandaar een kwartier lopen, langs de snelweg. Drie kwartier later liep ik er al weer, terug. De rondleiding aldaar was een grap, dat zullen ze toch zelf niet serieus nemen hoop ik. Afijn, rond het middaguur terug naar Asuncion.

Met wat tips van die Paraguayaan en een uitnodiging voor een voetbalklassieker op zak, moest ik de tijd wel kunnen doden. Echter werd het hostel bezet door enkele conferentiegangers, welke ook in het hostel plaatshad, waardoor er weinig andere gasten waren. Enkele pogingen gedaan deze weinigen te verleiden mij te vergezellen naar de aan mij getipte plekken in de omgeving, maar zonder succes. En dus stad en lande afgezocht naar tour-agencies, dan maar via de toeristenroute. Uiteindelijk een klim-en-klouter-avontuur over touwen, in netten, op hoogte tussen bomen gevonden. Voor de zekerheid gevraagd of er een groep is, waarbij ik mezelf kan aansluiten. Dat kon, geen probleem en wel zo leuk. En dus de volgende morgen in een lokale bus naar de rand van de stad, daar overstappen richting San Bernardino; in totaal tweeenhalf uur in overvolle bussen gestaan, maar de pret kon beginnen. Eenmaal op de plek van bestemming bleek het klimmen en klouteren in de tuin van een hotel, en ik was de enige. In mijn beste Spaans uitgelegd dat ik niet weet of ik dit nu moest zien als een grap of leugen en niet wens te betalen voor zulk een onzin. Een rondje door het dorp en onverrichte zaken weer huiswaards. Een paar dagen heb ik dus, naast het groeien van een baard, eigenlijk niets gedaan. Het potje voetbal tussen Olimpia en Libertad verliep ook niet volgens verwachting. Mijn Paraguayaanse amigo zou mij ophalen, maar de afgesproken kruising die ik voor ogen had bleek een andere te zijn dan die hij bedoelde. Dan maar een halfuurtje lopen naar het stadion, 5 euro aftikken en alleen tussen de rest genieten van de sfeer. Welke versterkt werd door de 2-1 overwinning.

Een poosje heb ik getwijfeld ook naar het noorden van Paraguay te reizen, maar aangezien het me in het zuiden (meest bevolkte deel) al zoveel moeite kostte om (n)iets te ondernemen, besloot ik Bolivia aan te doen. Gesterkt door het reisverslag van Kenneth, een lofzang aan Bolivia, begon ik met frisse moed en hoopvol aan mijn oversteek. In slechts 28 uur stond ik in Santa Cruz, Bolivia.
Op woensdag eerst goed bijgeslapen, daarna een rondje stad gedaan. Niets bijzonders. Op donderdag wilde ik wat tourtjes in de omgeving proberen te boeken, maar lang leve de arbeid, alles gesloten op 1 mei. Dan nog maar een dagje niks, wat wegens het weer (regenachtig) betekende binnen zitten en boek lezen. Gelukkig was ik enigszins uitgerust na die paar dagen niks, want die avond heeft de knallende herrie van de ventilator mij uit mijn slaap gehouden. Uitzetten mocht absoluut niet van mijn Israelische kamergenoten; toen ik dat midden in de nacht toch deed (ik dacht dat ze inmiddels wel sliepen) kreeg ik een boze blik en een snauw dat ik niet de enige op de kamer ben. Mijn eerdere bericht op facebook zal ik niet herhalen, maar het is hoogst typisch dat ik mij keer op keer stoor aan reizigers uit Israel. Na toch welgeteld één uur slapen, ondernam ik een nieuwe poging iets te ondernemen. Resultaat: het advies naar Samaipata af te reizen en het daar nog eens te proberen. En dus spullen pakken en op weg.
Drie uur later in Samaipata hetzelfde verhaal. Tour-agancies af, geen activiteiten gaande. Alleen een tripje naar pre-Inca ruines, de enige in zijn soort op de wereld. Staat zelfs op de erfgoedlijst van UNESCO, dus dat maar gedaan. Zoals vaker het geval is met ruines, er is niet veel meer aan te zien dan wat stapeltjes stenen. Tot overmaat van ramp was niet eens alles te zien, ze waren nog bezig met uit- en opgraven. Hoe dan ook, ik was allang blij iets te kunnen doen. Eenmaal in het hostel kreeg ik goede hoop meer te kunnen ondernemen, maar die hoop vervloog snel. Enkele nieuwe gezichten waren gearriveerd, welke ik vroeg samen iets te ondernemen. Want waar je in je eentje altijd moet hopen ergens bij aan te kunnen sluiten, kun je met meer mensen gewoon een compleet nieuwe tour boeken. Helaas hadden ze elkaar allemaal al benaderd en was er geen plek meer voor eentje extra. Het begint me inmidels aardig tegen te staan dat het niet zo wilt vlotten met mijn ondernemingen, dus wil ik het in een andere hoek van het land gaan zoeken.

De volgende morgen terug gegaan naar Santa Cruz, vanwaar ik door wilde reizen naar Cochabamba. Vanwege een wegafzetting ging dit niet door, waardoor ik besloot (na het informeren van mijn reisgids) de volgende morgen naar Concepcion te gaan, één van de zeven Jezuiten missie-dorpen in oost-Bolivia. Het dorp zelf was heerlijk rustig en vredig, maar verder niet erg spannend. Het leukste aan dit bezoek vond ik de busreizen, erheen en terug. In de bus, uitsluitend gevuld met locals, heb ik genoten van het groene en heuvelachtige landschap. Op de heenweg werd ik, half ingedut, gewekt door een onaangename geur welke ik niet kon thuisbrengen. Toen ik zo'n uurtje later mijn voeten onder m'n zitting kwijt wilde en dat niet ging, kon ik de herkomst van de geur verklaren. Er lag een dichtgeknoopte boodschappentas onder mijn zitting, met daarin een... Kip! Op de terugweg heb ik mij verbaasd wat er allemaal mee naar Santa Cruz ging. Ik heb een deur (een deur!) het bagageruim in zien gaan. Even later gevolgd door de deurpost, dat kun je in Santa Cruz zeker niet kopen... Ik gok dat het een zelf- en handgemaakt exemplaar was van één van de Amish families die aan boord gingen. Vrouwen in klederdracht, met hoed. Mannen in tuinbroek met hoed of pet, maar zonder die pijpekrullen en baard. En de kinderen natuurlijk precieze kopieen, wonderlijk.
Eenmaal terug in Santa Cruz wilde ik direct door naar Cochabamba, maar nog altijd was de weg afgezet. Toen ik de volgende morgen informeerde en dit nog steeds zo was, ben ik maar op zoek gegaan naar een vliegticket. De lul bij het toeristenbureau was vaag en concludeerde dat ik dezelfde dag alleen duurder vanaf het intrnationale vliegveld kon vliegen. Dat ik twee uur later, goedkoper, naast een lege stoel, in een vliegtuig zou zitten, op het nationale vliegveld (om de hoek bij het hostel) zou zijn doordat ik het liever zelf uitzoek dan dat ik me laat voorliegen door een tussenpersoon. Eindelijk naar Cochabamba.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Stephan

Actief sinds 30 Jan. 2014
Verslag gelezen: 285
Totaal aantal bezoekers 7572

Voorgaande reizen:

30 Januari 2014 - 23 Juli 2014

The beard experience

Landen bezocht: