Natuur, natuur(lijk).
Door: Stephan Schreurs
Blijf op de hoogte en volg Stephan
15 Maart 2014 | Chili, Puerto Varas
In Ushuaia hebben we heel even getwijfeld over een overtocht naar Antartica, maar de prijs van 3000 euro is net iets boven budget. En dus eerst maar de stad een beetje verkend, om een dag later een gletsjer(tje) op te klauteren. Dat het niet veel meer was dan een besneeuwde bergtop oplopen (de stad is tegen een berg gebouwd) maakt voor het verhaal niet uit. Omhoog door de stad, verder over een door bos omgeven weg, verder de berg op en vervolgens door de sneeuw richting de top. Waar Kenneth op een meter of zes van de top besloot terug te keren, wegens schuiven en glijden, besloot ik één poging te wagen. Met succes, want daar trof ik een bordje met de tekst: einde van het pad. Na deze wandeling in de natuur, welke een zeer aangename afwiseling was met het slepen en slenteren door dooie stadjes, besloten we ook het nationaal park Tierra del Fuego te bezoeken. Wederom een dagje gewandeld, langs meer en door glooiend boslandschap. Aldaar hebben we ook nog even het einde van de Ruta 3 (Ruta 'Fin del Mundo') meegepakt, die van Buenos Aires helemaal naar het zuiden van Argentinie loopt.
De trip naar Antartica pastte zoals gezegd niet in het budget, maar zelfs kosten voor een overnachting uitsparen als je bus om 5:00 uur vertrekt, schuwen wij niet. Nederlanders als we zijn, Zeeuw als ik ben. Gelukkig hebben we eerder deze reis al wat financiele meevallers gekend. Een slaapdronken medewerker van het hostel in Montevideo berekende ons samen als één persoon. Een serveerster in Puerto Madryn sloeg slechts één pizza aan op de bon. En een verkoopster van een geldwisselkantoor in Ushuaia telde Argentijnse pesos uit tegen de koers van de Euro, terwijl ik haar toch echt Amerikaanse Dollars gaf. Desondanks, een extra nachtje hostelkosten uitsparen. Bij aankomst in Ushuaia, drie uur ´s nachts, was er een winkeltje bij het tankstation (tevens dienstdoende als busstation) open. Toen zaten daar heel wat backpackers; zij zaten daar gewoon te zitten en wij zouden daar dus best enige uren een kaartje kunnen leggen, al wachtend op onze bus. Helaas, het winkeltje bleek niet iedere nacht geopend. En dus was het nachtje, voor de rit naar Punto Arenas, er eentje van buiten in de kou doorbrengen.
Aangezien we even geen zin meer hebben in ellendig lange busreizen, gaan we in korte etappes richting Santiago (Chili). Eerste halte is Punto Arenas; dooie bedoeling. Gelukkig was het slechts om uit te rusten van onze ´kostenbesparende-niet-in-een-hostel-maar-buiten-blijven-nacht´. Snel door naar Puerto Natales, de uitvalsbasis voor het natuurpark Torres del Paine. De goedkoopste optie om daar enige dagen van het natuurschoon te genieten, is campingspullen huren en in het park (op gratis ´campings´) overnachten. Dus wij bij het hostel een tentje, twee slaapzakken en -matjes gehuurd. Een pannetje, campingaz, twee bordjes met vork en lepel gratis toegevoegd en klaar om te gaan. Alle nodige kleding in één backpack gepropt, overlevingspakket aan eten erbij en we konden drie dagen/twee nachten op pad. Het zijn drie zware dagen geweest, om beurten sjouwend met een volgeladen backpack, in de brandende zon van campside naar campside. Over de kiezels en rotsen, bospaden en heuvels, bergpaden en rivieren, steil omhoog en omlaag. En natuurlijk heeft Stephan op dat moment een zere knie; maar al slepend en sleurend, zwetend en zeurend, hebben we het beide overleefd. Zelfs het koken op campingaz, overnachten in een zeiknatte tent (zo meegekregen), slapen op harde bosgronden en adembenemende uitzichten konden ons niet tot stoppen dwingen.
Na onze beproeving als boswachters (zoals Kenneth dergelijke wandelaars/natuurliefhebbers noemt) zijn we terug de grens over gegaan naar Argentinie. Om onze volgende uitdaging aan te gaan. De Perito Moreno gletsjer, nabij El Calafate. Wederom is de nabijgelegen stad één dooie teleurstelling, maar de Gletsjer was indrukwekkend. Eerlijk is eerlijk, vier uur staren naar een massa ijs is voor mij wat veel; dat heeft een mens na een uurtje wel gezien. De spanning echter, het wachten op gebulder dat aan donderslag doet denken, dat maalt het indrukwekkend! Zodra je de buldering hoort, is het zaak om snel te zoeken waar het ijs losraakt van de gletsjer en neerwaards stort. Geen lullige ijsblokjes die men bij de gele M-keten in je zwarte prikdrankje doet, eerder ijsblokken ter grote van het gele M-gebouw zelf. Ongekend!
Vanaf El Calafate verder richting het noorden. Om de rit naar Bariloche te breken, qua tijd, zijn we zaterdag uitgestapt in Los Antiguos. Vanaf daar wilden we naar twee soorten grotten; marmergrotten (180km westwaards) en muurschildering-grotten (70 km zuidwaards). De stad zelf was natuurlijk weer één dooie teleurstellende bende. Op zondag zou er een busje naar Chile Chico gaan, vanwaar we naar de marmergrotten kunnen. We hadden kunnen weten dat tien uur 's ochtends twaalf uur is en dat op zondag alles in Chile Chico gesloten is, inclusief toeristeninformatie. In een hostel gevraagd hoe we bij de marmergrotten komen, om erachter te komen dat deze alleen op dinsdagen en vrijdagen te bezoeken zijn. Dus maar besloten het hostel voor een nacht te boeken en morgen terug en door te reizen naar Perito Moreno, in een poging de muurschildering-grotten wél te bezichtigen. Om vijf euro voor een busritje van een kleine twintig minuten uit te sparen, besloten we om de twaalf kilometer naar Los Antiguos terug te lopen/liften. Dit ging wonderwel geslaagd en binnen dezelfde tijd, maar zonder kosten, stonden we in Los Antiguos. Vanaf daar probeerden we door te liften naar Perito Moreno, dit maal zonder succes en dus de bus genomen. In Perito Moreno kwamen we er al snel achter dat een bezoekje aan de grotten voor niet minder dan 35 euro te boeken was en een fatsoenlijk hostel vinden was ook een lastige opgaaf. Na twee uur ronddolen in een gat waar ik niet eens dood geboren zou willen worden, hebben we uiteindelijk maar een bus geboekt. Met een kleine omweg en toch weer een lange rit zijn we diezelfde avond nog doorgereisd naar Bariloche, zonder één grot te hebben gezien!
Bariloche is een ski-oord. En dus ongetwijfeld schitterend in de winter, met besneeuwde bergtoppen en afgeladen volle skipistes met glijdende toeristen. De vraag waarom wij er dan in de zomer naartoe gaan is eenvoudig te beantwoorden, het staat als highlight in de Lonely Planet. Een toegevoegde waarde had het voor mij niet, hoewel eerlijkheid gebied te zeggen dat deze stad van zichzelf wel de meeste sfeer van alle steden tot nu toe heeft. Twee nieuwe dagen van wandelen in de heuvels en bergen, met een aardig uitzicht op het meer waar deze stad aan gelegen is, en we kunnen door naar de volgende bestemming. Andermaal de grens met Chili over, via Puerto Varas naar het eiland Chiloe.
Wordt vervolgd, natuur(lijk).
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley